close
close

Het landschap van de EU-duurzaamheidsregelgeving: vooruitkijken naar de volgende fase van de EU Green Deal

In een oogopslag

  • De Europese Green Deal – de blauwdruk van de EU voor het waarmaken van haar ambitie om tegen 2050 klimaatneutraal te zijn – heeft de afgelopen vijf jaar aanzienlijke wetgevende activiteiten op het gebied van duurzaamheid in de EU gestimuleerd en is een cruciale overweging geworden voor bedrijven bij de implementatie van hun duurzaamheidsstrategieën. In de aanloop naar de verkiezingen voor het Europees Parlement in juni zorgen de natuurlijke afbouw van het wetgevend apparaat in de EU en de verwachte verandering in de samenstelling van het Parlement voor onzekerheid over toekomstige beleidswijzigingen.
  • In de praktijk gaat het momentum bij het tot stand brengen van de Europese Green Deal niet verloren. Achter de schermen legt de Commissie de basis voor het mandaat van het volgende Parlement om de continuïteit te garanderen. De Commissie heeft een aantal rapporten geschreven of opdracht gegeven en onderneemt andere acties, zoals het vaststellen van de strategische agenda van de EU voor 2024-2029 gedurende het voorjaar en de zomer, die vorm zal geven aan de volgende fase van de EU Green Deal.
  • In de tussentijd moeten er nog een aantal specifieke beleidsbeslissingen worden genomen – sommige zullen op termijn door dit Parlement worden goedgekeurd, maar andere zullen worden uitgesteld naar het volgende Parlement, met het risico dat belangrijke besluiten die zo goed als afgerond waren, worden heropend. .
  • Bedrijven die de ontwikkelingen op regelgevingsgebied al volgen, zullen het werk van de Commissie gedurende deze periode zorgvuldig willen volgen. Op basis van de reeds beschikbare informatie zal de ambitie van de Commissie – en de EU – niet veranderen. Het eerder dit jaar voorgestelde verreikende klimaatplan voor 2040 van de Commissie ondersteunt deze visie. Maar de tempo van verandering, en de prioriteitstelling van duurzaamheid ten opzichte van andere factoren – in het bijzonder groei, concurrentievermogen en veiligheid – wel waarschijnlijk anders.
  • De verandering van focus zou in principe een voordeel kunnen zijn voor bedrijven – bijvoorbeeld als dit betekent dat er op een bepaald moment een kleiner aantal initiatieven beheerd hoeft te worden. Omdat duurzaamheid in evenwicht zal worden gebracht met concurrentievermogen, kunnen industrieën die van cruciaal belang zijn voor het verwezenlijken van de klimaatdoelstellingen aanzienlijke winsten boeken via preferentiële beleidsbehandelingen of een gestroomlijnde toegang tot financiering. Verder zou de industrie in het algemeen een prominentere rol kunnen spelen en met beleidsmakers kunnen samenwerken aan de manier waarop de klimaatdoelstellingen worden bereikt.

Voor wie is deze blog bedoeld: een reeks belanghebbenden op hoog niveau in bedrijven uit verschillende sectoren, waaronder professionals die verantwoordelijk zijn voor duurzaamheidsstrategie, risicobeheer en regelgevingszaken en compliance.

De EU Green Deal afstemmen op de strategische agenda 2024-2029 van de EU

De Europese Green Deal – de blauwdruk van de EU voor het verwezenlijken van haar ambitie om in 2050 klimaatneutraal te zijn – heeft de afgelopen vijf jaar de wetgevende activiteiten op het gebied van duurzaamheid in de EU gestimuleerd en is een cruciale overweging geworden voor bedrijven bij de uitvoering van hun duurzaamheidsstrategieën en bedrijfsplannen. In de aanloop naar de verkiezingen voor het Europees Parlement in juni is er sprake van een natuurlijke afbouw van het wetgevend apparaat in de EU. Het momentum bij het tot stand brengen van de Europese Green Deal gaat echter niet verloren.

Achter de schermen legt de Commissie de basis voor het mandaat van het volgende Parlement om de continuïteit in de volgende fase van de EU Green Deal te garanderen. De Commissie heeft verschillende rapporten geschreven of laten uitvoeren en onderneemt in de lente en zomer andere acties die vorm zullen geven aan de volgende fase van de EU Green Deal.

Een belangrijke stap zijn de voorbereidingen voor het opstellen van de Strategische Agenda 2024-2029 van de EU, onder leiding van Charles Michel, voorzitter van de Europese Raad. In 2019, toen de Green Deal voor het eerst werd aangekondigd, benadrukte Michel dat het bouwen van een klimaatneutraal, groen, eerlijk en sociaal Europa een prioriteit was voor de EU. Michel leidt nu de voorbereidingen voor de nieuwe Strategische Agenda, die in juni zal worden vastgesteld na de verkiezingen voor het Europees Parlement en voorafgaand aan de benoeming van nieuwe commissarissen. Hij heeft gezegd dat duurzaamheid moet worden afgewogen tegen andere factoren. Hij heeft met name benadrukt dat de nieuwe prioriteiten van de EU geworteld moeten zijn in vier belangrijke gebieden: de economische en sociale basis (de groene en digitale transities, concurrentievermogen, innovatie, gezondheidszorg); het aanpakken van de energie-uitdaging; versterking van de veiligheids- en defensiecapaciteiten; en het verdiepen van de betrokkenheid van de EU bij de rest van de wereld.

Naast de strategische agenda van de EU zijn er nog twee rapporten op hoog niveau besteld. Enrico Letta, de voormalige premier van Italië, heeft een rapport geschreven over de toekomst van de interne markt van de EU (gepubliceerd op 17 april), en Mario Draghi, voormalig president van de ECB, bereidt een rapport voor over het concurrentievermogen van de EU (verwacht in juli).

In recente commentaren hebben zowel Letta als Draghi laten zien dat hun gedachten aansluiten bij die van Michel, waarbij zij hun bezorgdheid uitten over het vermogen van de EU om de Green Deal in de nasleep van de pandemie te financieren, en gezien de langere termijngevolgen van de geopolitieke crises voor energie- en importkosten, en voor de waarschijnlijke Europese defensie-uitgaven. Draghi benadrukte dat de EU alleen al om de digitale en groene transitie te verwezenlijken 500 miljard euro per jaar zal moeten uitgeven. Op dezelfde manier schetste Letta dat, rekening houdend met de geopolitieke crises, de toekomst van de interne markt zich moet concentreren rond defensie, telecommunicatie, energie en financiën.

Naast het vormgeven van het mandaat van het volgende Parlement publiceerde de Commissie eerder dit jaar een voorstel voor een klimaatdoelstelling voor 2040 voor de EU, dat naar verwachting door de volgende Commissie als wetgevingsvoorstel zal worden aangenomen. De klimaatdoelstelling voor 2040 zal een belangrijk document zijn dat specifiek vormgeeft aan de energie- en klimaatagenda voor de komende vijf jaar. De voorgestelde doelstellingen stellen een minimale nettoreductiedoelstelling vast van 90% van de uitstoot van broeikasgassen (BKG) in 2040 (vergeleken met het niveau van 1990) en schetsen de visie van de EU om deze reductie te bereiken. Tot nu toe had de EU slechts een doelstelling voor 2030 gesteld om de netto broeikasgasemissies met ten minste 55% te verminderen, op weg naar haar doelstelling om in 2050 koolstofneutraal te zijn. De Commissie stelde de meest ambitieuze optie voor uit de mogelijke transitietrajecten die zij had gevolgd. Dit betekent dat een snellere inzet van koolstofarme technologieën noodzakelijk is, aangezien dit de meest ontwrichtende optie op de korte termijn is. Om dit doel te bereiken, zijn de belangrijkste stappen die zijn geschetst onder meer de implementatie van het energie- en klimaatbeleidskader voor 2030 (nadere details over het plan moeten nog worden gepubliceerd), het volledig koolstofvrij maken van de elektriciteit in de EU tegen de tweede helft van 2030 en het ontwikkelen van een overeenkomst voor het koolstofvrij maken van de industrie, die publieke en private investeringen, terwijl ze toch concurrerend blijven. Voor sommige industrieën impliceert dit potentiële schaalmogelijkheden aan de horizon, zoals voor hernieuwbare energie, waaronder zonne- en windenergie, nul- en koolstofarme oplossingen, en versnelde elektrificatie met slimmere netwerken. Aan de andere kant, als de klimaatdoelstelling voor 2040 door het volgende mandaat wordt aangenomen, zullen veel EU-bedrijven hun strategie en processen opnieuw moeten beoordelen om zich aan te passen en tegen 2040 bijna volledig koolstofarm te zijn. Met name bedrijven die actief zijn in de olie- en gasindustrie zullen moeten rekening houden met de impact op hun bedrijfsactiviteiten en hun transitieplannen of transitierisico’s opnieuw beoordelen in het licht van een versnelde tijdlijn voor het koolstofarm maken van de economie. Ondertussen zal de financiële dienstverleningssector waarschijnlijk ook een sleutelrol spelen bij het mogelijk maken van de oplossingen om de doelstelling voor 2040 te verwezenlijken.

Een ander voorbeeld van een gebied waarop de Commissie heeft aangegeven dat zij de komende vijf jaar meer aandacht zal besteden, zijn maatregelen op het gebied van water. Er werd verwacht dat de Commissie in het eerste kwartaal van 2024 een Water Resilience Initiative zou publiceren, maar dit is naar verwachting uitgesteld en in plaats daarvan zullen naar verwachting maatregelen op het gebied van water worden aangenomen via secundaire wetgeving op grond van bestaande en voorgestelde regels. De Commissie heeft bijvoorbeeld een gedelegeerde handeling (DA) aangenomen om microplastics in water te meten, en een DA om ervoor te zorgen dat gezuiverd afvalwater dat wordt hergebruikt voor de landbouw veilig is onder de verordening waterhergebruik, en bevat bepalingen met betrekking tot regelingen voor uitgebreide producentenverantwoordelijkheid voor water behandeling in het kader van de richtlijn inzake de behandeling van stedelijk afvalwater. Op dezelfde manier wordt verwacht dat er aandacht zal zijn voor het waterverbruik en -gebruik met betrekking tot productspecifieke regels in het kader van de Ecodesign for Sustainable Products Regulation (ESPR).

Navigeren door het huidige regelgevingslandschap

In de tussentijd moeten er nog enkele specifieke beleidsbeslissingen worden genomen; sommige zullen op tijd door het Parlement worden goedgekeurd, maar andere zullen worden uitgesteld naar het volgende Parlement, met het risico dat belangrijke besluiten die vrijwel definitief waren, opnieuw worden geopend. De onderstaande tabel geeft een overzicht van de status van de belangrijkste wetgeving die onder de huidige Commissie wordt voorgesteld – of deze al is aangenomen, naar verwachting zal worden aangenomen of waarschijnlijk niet zal worden aangenomen vóór het einde van het huidige Parlement.

Voor alle wetgevingshandelingen in de onderstaande tabel zal de praktische toepassing afhangen van afgeleide wetgeving. Zo wordt verwacht dat de ESPR in het tweede kwartaal van 2024, voorafgaand aan de verkiezingen, zal worden afgerond en in werking zal treden. Omdat de verordening echter nieuwe regels voor een breed scala aan producten vastlegt, zullen productspecifieke DA’s van cruciaal belang zijn bij het vaststellen van eisen op het gebied van ecologisch ontwerp voor productgroepen en aanvraagtermijnen. Op dezelfde manier zal voor het Carbon Border Adjustment Mechanism de belangrijkste informatie die nodig is voor de implementatie, zoals een gestandaardiseerde methodologie om de CO2-voetafdruk te meten, worden bepaald via een DA.

Gevolgen voor bedrijven

Bedrijven die de ontwikkelingen op regelgevingsgebied al volgen, zullen het werk van de Commissie gedurende deze periode zorgvuldig willen volgen. Als we nadenken over deze ontwikkelingen, zal de uiteindelijke ambitie van de Commissie – en de EU – niet veranderen, maar de tempo van verandering, en de prioriteitstelling van duurzaamheid ten opzichte van andere factoren – in het bijzonder groei, concurrentievermogen en veiligheid – wel waarschijnlijk anders. Cruciaal is dat duurzaamheid niet langer als een onderwerp in zijn eigen silo zal worden nagestreefd.

De verandering van focus zou in principe een voordeel kunnen zijn voor bedrijven – bijvoorbeeld als dit betekent dat er op een bepaald moment een kleiner aantal initiatieven beheerd hoeft te worden. Er kan zijn mogelijkheden voor meer interactie tussen beleidsmakers en de industrie nieuwe manieren te identificeren om de klimaatdoelstellingen te verwezenlijken met het oog op concurrentievermogen, bijvoorbeeld door de administratieve lasten voor bedrijven te verminderen en de toegang tot financiering of de financiering van sleuteltechnologieën te stroomlijnen. De Net Zero Industry Act en de Critical Raw Materials Act zijn in dit opzicht beide belangrijke instrumenten voor industrieën die van cruciaal belang zijn voor het behalen van de klimaatdoelstellingen. Verderhet volgen van de ontwikkeling van DA’s en het samenwerken met beleidsmakers door bij te dragen via raadplegingen of workshops op zowel EU- als nationaal niveau, zal bedrijven helpen secundaire wetgeving vorm te geven.

Maar de veranderingen zullen waarschijnlijk ook de onzekerheid en complexiteit van het regelgevingslandschap vergroten. Om tegen die achtergrond duurzaamheidsstrategieën te kunnen ontwikkelen, moeten bedrijven dat doen denk aan de transformatiemogelijkheden die door de regelgeving worden gecreëerd (in plaats van alleen het compliance-geval), bijvoorbeeld op het gebied van duurzaamheidsrapportage van bedrijven, dwz de mate waarin de capaciteiten die nodig zijn om te voldoen aan wettelijke vereisten en nieuwe industriestandaarden ook strategische ambities ondersteunen.

Ten slotte zal het voor bedrijven die de ontwikkelingen op regelgevingsgebied volgen, nuttig zijn om hun observaties uit te breiden naar de nationale implementatie van richtlijnen. Aangezien boetes en sancties op het niveau van de lidstaten zullen worden vastgesteld, Door de omzetting van richtlijnen in nationale wetten in de gaten te houden, kunnen bedrijven de implicaties in verschillende staten begrijpen.


Voetnoten:

1 CS3D is formeel goedgekeurd door de Europese Raad. Het Europees Parlement moet de tekst nu formeel goedkeuren voordat de CSDDD in het Publicatieblad van de EU kan worden gepubliceerd en in werking kan treden.

Het Europees Parlement zou in april kunnen stemmen, in welk geval de richtlijn op zijn vroegst in mei of juni 2024 in werking zou kunnen treden. Als dit het geval zou zijn, zouden de regels medio 2027 gaan gelden voor de grootste bedrijven.

2 Zie hierboven.

3 De Wet kritische grondstoffen geeft geen specifieke deadlines voor bedrijven, maar specificeert ijkpunten waar bedrijven in 2030 aan moeten voldoen op het gebied van de winning, verwerking en recycling van strategische grondstoffen.